dinsdag 10 september 2013

Sociale media op school?

Het is natuurlijk de weg van de minste weerstand om op school sociale media gewoon te verbieden en daarmee een voor jongere generaties belangrijk communicatiemiddel te negeren. Je bent dan in een klap af van de smartphones en van de uitwassen en problemen die het gebruik van sociale media nu eenmaal ook met zich mee brengen. Zeker nu in reactie op de zogenaamde Steve Jobs scholen instellingen als het Eurocollege in Rotterdam de computers op school helemaal in de ban doen, lijkt het mij toch wel belangrijk om eens goed na te denken over internet en multimedia op school.
Van negatieve ervaringen met sociale media heeft iedereen wel voorbeelden. Problemen met het gebruik en misbruik van die sociale media zijn er, maar die houd je met een simpel verbod helaas niet buiten de schoolmuren. In deze bijdrage beperk ik me allereerst tot Facebook omdat daarvoor ook recent onderzoek beschikbaar is. Uit een studie door twee Duitse universiteiten (Technischen Universität Darmstadt, Humboldt-Universität) blijkt dat meer dan een derde van de mensen na op Facebook te zijn geweest rapporteert negatieve gevoelens te hebben. De belangrijkste reden voor deze negatieve gevoelens is volgens de onderzoekers te wijten aan jaloers zijn op de ‘Facebook-vrienden’. Dat er een negatief verband bestaat tussen de jaloezie die ontstaat tijdens Facebook gebruik en het algehele gevoel van tevredenheid dat mensen in hun leven hebben wordt door dit onderzoek ook onderschreven. Zie nu wel, zou je zeggen, niets dan narigheid. Het geeft docenten die al niet zo ict-minded zijn weer nieuwe kracht om ict buiten de lessen te houden. Het lijkt het ei van Columbus, maar die leerlingen die met negatieve gevoelens naar school komen hou je daarmee helaas niet buiten de lessen.


Maar het verhaal is hiermee ook niet volledig. Immers: op sociale media deel je informatie in beeld, geluid en tekst. Dat kan futiele prietpraat zijn, of jaloezie opwekken, maar het kan ook informatie zijn die leerlingen helpt bij hun huiswerk. Leerlingen gebruiken - zo blijkt - sociale media ook om te leren voor school en voor hun hobby’s. Dat doen ze bijvoorbeeld door elkaar te tippen over YouTube-filmpjes met uitleg van andere docenten en te ondersteunen bij het maken van huiswerk door bijvoorbeeld vanuit huis samen te werken aan werkstukken en gefotografeerde aantekeningen rond te sturen. 60% van de ondervraagde tieners gebruikt sociale media (naast Facebook ook Twitter en Whatsapp) om elkaar vragen te stellen over huiswerk of leerstof en 48% maakt en stuurt foto’s van aantekeningen of samenvattingen naar elkaar. Ook geven veel jongeren (58%) roosterwijzigingen aan elkaar door, bijvoorbeeld als een uur uitvalt. Verder gebruiken jongeren sociale media om samenvattingen die ze op internet hebt gevonden naar elkaar te sturen (40%). 41% maakt afspraken over huiswerk, zodat iedereen een stukje maakt. Deze totale percentages zeggen overigens niet zo veel over de totale groep. Het zijn vooral de oudere leerlingen op het voortgezet onderwijs, die dit doen. En het zijn vooral de vwo-leerlingen die gebruikmaken van deze mogelijkheden van sociale media, en op hun beurt maken weer meer havo- leerlingen er gebruik van dan vmbo-leerlingen. Dat blijkt allemaal uit het onderzoek ‘Samen leren - tieners en sociale media’ van Mijn Kind Online en Kennisnet. Het onderzoek is gehouden onder 1500 scholieren tussen 10 en 18 jaar in het basisonderwijs en voortgezet onderwijs. Bij lezing van het rapport wordt overigens wel duidelijk dat de communicatie veelal de verspreiding van praktische informatie betreft en dat zich hier niet het leerproces afspeelt. Sociale media zijn nu eenmaal bij uitstek geschikt voor communicatiedoeleinden, meer dan om te leren. 
Maar het lijkt dus wel een uitstekend middel om de leerlingen te bereiken en je zou het - dit wetende - dus goed in kunnen zetten. Maar ja, daar ga je als school met je goede voornemens. Heb je net een sluitend protocol opgesteld om een en ander te verbieden en dan laat je misschien toch kansen liggen? Wat te denken van de leerlingenheldpdesk van ROC West-Brabant die Whatsapp gebruikt om sneller op storingen te kunnen inspelen. Waarom zou je deze snelle communicatie niet gebruiken voor huiswerkbegeleiding of je mentorklas? Docente economie Evelien Hoekman doet dit voor haar klas op Facebook waar zij voor een toets de mogelijkheid geeft om online vragen te stellen. Zij doet dit via een besloten Facebookgroep en geeft in het artikel ook aan hoe je die kunt aanmaken. Je mist trouwens sowieso door een schoolverbod van sociale media en zelfs internet (Eurocollege Rotterdam) een unieke kans om met deze tools mediawijsheid in je vakken te integreren.

Stel: je omarmt als school wel die nieuwe media, Wat zou je dan nog meer kunnen doen? Hoe kun je de nadruk leggen op positief gebruik van het medium en juist een betekenisvolle opdracht geven? Kijk eens naar het Handboek Goed Doen (Mijn Kind Online) om met behulp van sociale media een goed doel te realiseren. ‘Sociaal met media’, zo heet het project van stichting Mijn Kind Online. Het is een project waarin scholen aan de slag gaan met mediawijsheid, ondernemerschap en burgerschapsvorming binnen een realistische context. Leerlingen worden uitgedaagd om op een creatieve manier een maatschappelijk probleem op te lossen. Mediawijsheid moet de kern zijn van het project. Ze zamelen bijvoorbeeld geld in via sociale media voor goede doelen ver weg. Bij een actie waar de hele groep aan werkt, kun je de klas verdelen in talentgroepen: een netwerkgroep (Facebook/Hyves, Twitter, Whatsapp), ontwerpgroep (het ontwerpen van een logo voor profielen op Facebook en Twitter), oganisatiegroep, persgroep en zo meer (zie p. 25 van het Handboek). Samenwerken doe je met tools als Evernote, Dropbox of in ons geval Google-apps. Dergelijke inzet van sociale media zal leerlingen een hele andere kijk geven op die communicatiemedia.

Je kunt ook als school of rond een thema gebruik maken van de snelheid en het gemak van sociale media als Facebook. Thorbecke VO deed dit en het mbo heeft inmiddels de beschikking over een Facebookpagina Social media in het mbo, waar kennis en tips worden verzameld.

Ook voor de verschillende vakken zijn er geweldige mogelijkheden. Voor Nederlands bijvoorbeeld is er op Facebook de Leesfabriek. De Leesfabrieksite wordt gerund door een aantal bevlogen redacteuren tussen de 15 en 25 jaar met een gedeelde passie voor lezen. Interviews, boekrecensies, nieuws en actualiteiten, de Leesfabriek levert op allerlei manieren. De Leesfabriek heeft via social media een groot digitaal netwerk voor jonge (15-25) boekenlezers uitgezet. Naast een Facebookpagina is de Leesfabriek ook actief op Twitter en heeft een eigen YouTube-kanaal.

En voor politiek zit je natuurlijk ook eerste rang op Facebook. Wat te denken van de tijdlijn van het Witte Huis, of pagina's van politieke partijen, of misschien wil je voor een project communiceren met minister Timmermans.

YouTube kan ook een springplank voor talent zijn, zo blijkt uit de publicatie Jong Geleerd 2.0: YouTube van Kennisnet en Mijn Kind Online. Ze laten in de publicatie - gedeeltelijk gebaseerd op het onderzoek 'Broadcast Yourself!' van Carina de Jong, studente HBO Pedagogiek aan Hogeschool Windesheim in Zwolle - jongeren aan het woord over hun drijfveren om actief te zijn op YouTube. De Jong deed in opdracht van Kennisnet en Mijn Kind Online onderzoek naar de drijfveren van 182 jonge YouTubers. Digitale omgevingen zijn een nieuwe werkplaats, waar kinderen met virtueel gereedschap bouwen, ontdekken, spelen en leren, aldus Kennisnet.

Terwijl voor- en tegenstand steeds fanatieker vormen aanneemt is het misschien toch raadzaam om het hoofd koel te houden en de gulden middenweg te kiezen. Negeren van iets dat alom tegenwoordig is en heel goed in het onderwijs gebruikt kan worden lijkt mij in elk geval heel dom.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten